Zo’n dag,
waarop de lucht vol luchtigheid is,
lentewind plagerig achterom sluipt,
van zoveel niet benoembaars bol staat,
Parijs vlakbij is, Granada om de hoek.
Zo’n dag,
waarop het frisgerokte meisje
van de buren hoog moet reiken
naar knoppen in hun kersenboom,
wind de verleiding niet weerstaat.
Zo’n dag,
waarop ik gebukt mijn tuin spit,
op harde resten winter stuit,
ijs vind in verborgen hoeken,
wat was toegedekt weer bloot leg.
© Atze van Wieren
mooi!
Dank je wel Karin, het begint langzaam weer te kriebelen, maar dat zeg ik niet hardo,p want voor je het weet is het gevoel weer verdwenen
Zo’n dag waar het geluk je overvalt…
Mooi gedicht! En een heerlijke foto ook!
Dank je wel Noortje, het werd ook weer eens tijd vind je niet?..