Voor het eerst in maanden heb ik het huis even voor mij alleen. De radio telt af naar het ultieme nummer dat over een paar dagen om klokslag 12 uur het jaar 2012 moet gaan afsluiten. Met mijn lijf op het aanrecht, achterwerk in de lucht bekijk ik de straat. In de heg voor ons huis beweegt een enkel bruin blad op de nukken van de wind. Verdord siergras buigt en komt weer overeind. Geen winter uit het boekje met sneeuw en ijs, maar nat en winderig.
Terwijl de eerst nog winterblauwe lucht langzaam de kleur van eentonig grijs begint te krijgen, verwarm ik me aan de wetenschap dat ik thuis ben, ook al is dat thuis in de loop van de jaren verandert. Bij de huizen aan de overkant zijn bijna alle rolluiken gesloten. Een beeld waar ik me nog steeds over verbaas. Daglicht buitensluiten, opgesloten tussen 4 muren en geblindeerde ramen, leven in kunstlicht. Ik kan me er niets bij voorstellen. Je eigen wereld zo klein maken dat er niets, maar dan ook echt niets, van buiten naar binnen komen kan.
De overbuurvrouw rijdt achteruit onze oprit op om zo in een keer haar eigen carport in te kunnen rijden. Een recht dat ze zich in de loop van de jaren toegeëigend heeft en waarin ze onze auto als een obstakel ziet. In haar visie zijn wij de indringers die haar beletten om deze parkeerwijze tot in het einde der dagen voort te zetten. Ik glimlach en bedenk dat er in de toekomst nog wel wat verworven rechten zullen sneuvelen, net als wij ons aan zullen moeten passen aan de gewoontes van de straat. Alleen… die rolluiken?, ….die blijven bij ons echt omhoog…
Geschreven op een van de laatste dagen van het oude jaar maar omdat weblog het af liet weten nu pas gepost